Heeft u een vennootschap die balanceert op de grens tussen klein en groot? Dan zou het wel eens goed kunnen dat er zich dit boekjaar enkele mooie opportuniteiten voordoen. De definitie van wat een kleine vennootschap is, is namelijk verruimd – en daar hangen heel wat fiscale voordelen aan vast. U ontdekt er alles over in dit artikel.
Hoewel er in de volksmond wel eens gesproken wordt van kmo’s, spreekt het wetboek vennootschappen en verenigingen over ‘kleine vennootschappen’. Valt uw vennootschap boven onderstaande drempels? Dan heeft u een ‘grote vennootschap’. U vindt de drempelwaarden terug in de volgende paragraaf.
Naast deze drempels zijn er nog tal van andere manieren om vennootschappen in te delen. In dit artikel focussen we ons echter uitsluitend op kleine vennootschappen, die de meeste fiscale gunstregimes kennen.
Vanwege de hoge inflatiecijfers van de afgelopen jaren, heeft de Europese Commissie de drempelwaarden om te kwalificeren als kleine vennootschap verhoogd. We maken een onderscheid op het vlak van boekjaar:
Boekjaar aangevat tot en met 31 december 2023
Een vennootschap werd als ‘klein’ bestempeld, als de onderneming niet meer dan een van de volgende drempels oversteeg:
Deze beoordeling dient op geconsolideerde basis te gebeuren. Om meer stabiliteit in te bouwen, werd een kleine vennootschap slechts groot als ze gedurende de twee voorgaande jaren meer dan een van de drempels had overschreden.
Omgekeerd geldt deze beweging bovendien ook. Een grote vennootschap werd slechts aanzien als klein als ze gedurende de twee voorafgaande boekjaren niet meer dan een van de drie drempels overschreed. Dit wordt ook het consistentiebeginsel genoemd.
Boekjaren aangevat na 31 december 2023
Zoals reeds aangestipt, werden de drempels – mede door de hoge inflatiecijfers – verhoogd voor de boekjaren die aanvatten na 31 december 2023:
Een belangrijk verschil – en dit is de kern van het verhaal – is echter dat de wet het consistentiebeginsel eenmalig uitschakelt. Er dient dus geen rekening gehouden te worden met de jaarrekeningen afgesloten voor 1 januari 2024.
Nadat er in de vakpers verschillende interpretaties kwamen bovendrijven over de eenmalige uitschakeling van het consistentiebeginsel, heeft de Commissie voor Boekhoudkundige Normen1 duidelijkheid geschept.
Voor een vennootschap met een boekhouding per kalenderjaar die boven de oude, maar onder de nieuwe drempels valt, is dat als volgt te visualiseren:
Voor een vennootschap met een boekhouding per kalenderjaar die boven de verhoogde drempels valt, is het als volgt te visualiseren:
1Bron: https://www.cbn-cnc.be/nl/adviezen/gevolgen-verhoging-groottecriteria-voor-vennootschappen
2Als de vennootschap een gebroken boekjaar heeft, stelt dit probleem zich niet: de eerste jaarrekening na 31 december 2023 valt namelijk voor de start van het eerste boekjaar waarin de verhoogde drempels gelden.
Deze wijziging lijkt op het eerste gezicht weinig impact te hebben, maar niets is minder waar. Een vennootschap die volgens de oude regels groot was - en dus geen beroep kon doen op enig gunstregime - kan doorheen boekjaar 2024 plots tot het besef komen dat ze eigenlijk wél klein is. Met heel wat fiscale voordelen als gevolg.
Het vervelende aan deze methodiek? Vennootschappen met een boekhouding per kalenderjaar moeten tijdens het boekjaar zelf inschatten of ze groot of klein zijn2.
We hebben het al enkele keren benadrukt, maar als onderneming vallen in de categorie van ‘kleine vennootschap’ zorgt voor heel wat voordelen op het vlak van fiscaliteit. We lijsten hieronder de belangrijkste op: